In deze methode werken we hoofdzakelijk met de 4 gewichtsdragende gewrichten:

  • enkels
  • knieën
  • heupen
  • schouders

En kijken we naar de positie waarin deze 8 gewrichten zich, ten opzichte van elkaar, bevinden. Daarnaast is de positie van het bekken belangrijk.

Functional Freddy

In onderstaand plaatje, in de methode “Functional Freddy” genaamd, is te zien wat wij verstaan onder de oorspronkelijke blauwdruk (klik op het plaatje voor een grotere weergave, momenteel helaas alleen in het Engels):

De ideale blauwdruk – Functional Freddy (vooraanzicht)

Wat opvalt is dat in dit vooraanzicht

  • de 4 bovengenoemde gewrichten netjes onder elkaar staan (verticaal gezien)
  • horizontaal gezien (links – rechts) beide kanten op dezelfde hoogte staan
  • de voeten recht vooruit staan
  • de gewichtsverdeling links-rechts gelijk is (50% – 50%)

In onderstaand plaatje ziet u het zijaanzicht van “Functional Freddy”:

De ideale blauwdruk - Functional Freddy (zijaanzicht)

De ideale blauwdruk – Functional Freddy (zijaanzicht)

Wat opvalt aan het zijaanzicht:

  • de vier gewrichten staan ook vanaf de zijkant gezien onder elkaar
  • als we deze lijn naar boven doortrekken, loopt deze lijn door het oor
  • gewichtsverdeling voor-achter is gelijk (50% – 50%)

Van huidige houding naar de ideale

Bovenstaande plaatjes zijn het ideaal, waar we naar streven. Er zijn maar weinig mensen die hieraan voldoen. Vergelijkt jezelf  eens met deze ideale houding, door in een spiegel te kijken of door iemand anders kritisch naar jouw houding te laten kijken. Grote kans dat je één of meerdere van de volgende afwijkingen (van het ideaal) ziet:

  • jouw voeten en/of knieën staan naar buiten gedraaid
  • jouw bekken is naar voren of achteren gekanteld
  • jouw bovenrug en/of schouders staan naar voren
  • er is een overdreven curve in de onderrug
  • er is een asymmetrie tussen links en rechts: de linker schouder of rechter heup is hoger dan de andere

en ga zo maar door. De houding van de meeste mensen wijkt op meerdere plaatsen af van het ideaal zoals boven getekend.

Stabiele en mobiele gewrichten

In de ideale (en oorspronkelijke) situatie zijn gewrichten afwisselend stabiel en mobiel. Dit is te zien in onderstaand plaatje (klik voor vergroting):

Mobiele en stabiele gewrichten

Mobiele en stabiele gewrichten

De groene gebieden op het plaatje zijn mobiel, terwijl de rode gebieden stabiel zijn. Zoals je kunt zien is dit in het lichaam dusdanig geregeld dat deze elkaar afwisselen. Voorbeeld: de onderrug is stabiel terwijl de bovenrug mobiel is. In de praktijk zien we echter vaak dat dit is omgedraaid: door teveel zitten en teveel voorover buigen is de bovenrug vast gaan zitten (letterlijk) en stabiel geworden, waardoor de onderrug noodgedwongen mobiel is geworden en bijvoorbeeld een overdreven curve laat zien. Je kunt begrijpen dat dit een grote kans op rugklachten en pijn geeft. Een ander voorbeeld is knie- en heupgewricht. Deze zijn bedoeld om respectievelijk stabiel en mobiel te zijn. Echter ook in stabiele gewrichten is wat veiligheidsmarge ingebouwd om te bewegen en als de gewrichten onder en boven de knie niet optimaal functioneel zijn, zal de knie moeten “meehelpen” met bewegen en beweegt zo dus meer dan de bedoeling is, met alle gevolgen (slijtage, pijnklachten) van dien.