Een van de meest voorkomende misverstanden die ik tegenkom is de veronderstelling dat een beenlengteverschil de oorzaak is van houdingsproblemen.

Misschien heb jij ook wel te horen gekregen dat je zooltjes nodig hebt om dat beenlengteverschil op te heffen.

Moet je dan ook eens in de zoveel tijd terug om de zooltjes te vervangen, wat steeds extra geld kost?

Terwijl je eigenlijk niet eens weet of het wel klopt, dat je ene been langer is dan de andere?

Meestal staat namelijk het heup- of bekkengebied hoger aan één kant, waardoor het lijkt alsof er een beenlengteverschil is.

Je snapt wel dat je zooltjes kunt dragen tot je een ons weegt, maar dat het probleem daarmee niet wordt opgelost. Je bekken wordt verkeerd belast, waardoor je nog meer klachten kunt krijgen.

Het gekke is dat het beenlengteverschil vaak aangedragen wordt als oorzaak van klachten en het verschil in hoogte van het bekken, terwijl er nou nooit eens gezegd wordt dat je een armlengteverschil hebt.

Wanneer de ene schouder hoger staat dan de andere, zal niemand tegen je zeggen: “He wat vervelend, je hebt een armlengteverschil. Daar kunnen we zooltjes voor maken.” Waarom niet? Omdat het heel normaal is dat je ene hand wat hoger hangt dan de andere. Daar hoef je niet per se iets aan te doen. Net zoals een lichte afwijking in de bekkenstand niet iets is om je zorgen over te maken en dit zeker niet altijd duidt op een beenlengteverschil.

Zooltjes lijken een goede oplossing voor het ‘beenlengteverschil’, maar schijn bedriegt. Als er geen beenlengteverschil is, wat ben je dan met dat zooltje aan het doen? Er zijn verschillende factoren die bijdragen aan een bekkenscheefstand en het is zinvoller om daar eerst naar te kijken.

Als jij zou weten dat de scheefstand opgelost kan worden door de juiste oefeningen, dan zou je dat toch veel liever doen dan elke keer weer zooltjes laten maken?

Houdingstherapie is gewoon een andere insteek. Het gaat niet over een snelle oplossing, een ‘quick fix’, maar over de kern van het probleem aanpakken. Ik kijk naar het hele plaatje, niet alleen naar het plekje waar jij pijn hebt of waar er een afwijking lijkt te zitten. Als een scheefstand in jouw bekken me direct opvalt, ga ik ook kijken naar de rest. Ik wil weten wat hier allemaal invloed op heeft: je heupen, je knieën, je voeten, je rug, je schouders, etc.

Je realiseert het je misschien niet, maar je botten, je spieren, je bindweefsel en je pezen zijn geen losse onderdelen. Alles is met elkaar verbonden en werkt samen. Als een schakel van de keten niet goed werkt, heeft dat invloed op andere structuren.

Met houdingstherapie ga je voor de lange-termijn oplossing, waarmee je zult merken dat pijn en ongemak afnemen en je actiever, sterker en flexibeler wordt.